Teleiotes, G5051, 1x = tot volmaaktheid Brenger |
TeleiŌs, G5049, 1x 1. volledig. |
Hebreeën 12:2 Ziende op den oversten Leidsman en Voleinder des geloofs, Jezus, Dewelke, voor de vreugde, die Hem voorgesteld was, het kruis heeft verdragen, en schande veracht, en is gezeten aan de rechter hand des troons van God. |
1Pet 1:13 Daarom opschortende de lenden uws verstands, en nuchteren zijnde, hoopt volkomenlijk op de genade, |
Teleiotes, G5047, 2x = (de staat) volledigheid (mentaal of moreel). | |
Kolossensen 3:14 En boven dit alles doet aan de liefde, dewelke is de band der volmaaktheid. Hebreeën 6:1 Daarom, nalatende het beginsel der leer van Christus, laat ons tot de volmaaktheid voortvaren; niet wederom leggende het fondament van de bekering van dode werken, en van het geloof in God, |
|
Teleios, G5046, 19x, voltooide volledigheid, (in verschillende toepassingen van arbeid, groei, geestelijke en morele karakter.) tele = ver (weg), ios = zien (Nederlands; verder (kunnen) kijken, spreekwoordelijk: over/achter de horizon zien) |
|
Mattheüs 5:48 Weest dan gijlieden volmaakt, gelijk uw Vader, Die in de hemelen is, volmaakt is. Mattheüs 19:21 Jezus zeide tot hem: Zo gij wilt volmaakt zijn, ga heen, verkoop wat gij hebt, en geef het den armen, ![]() Romeinen 12:2 En wordt dezer wereld niet gelijkvormig; ![]() opdat gij moogt beproeven, ![]() 1 Korinthiërs 2:6 En wij spreken wijsheid onder de volmaakten; ![]() 1 Korinthiërs 13:10 Doch wanneer het volmaakte zal gekomen zijn, dan zal hetgeen ten dele is, te niet gedaan worden. 1 Korinthiërs 14:20 Broeders, wordt geen kinderen in het verstand, ![]() Efeziërs 4:13 Totdat wij allen zullen komen tot de enigheid des geloofs en der kennis van den Zoon Gods, ![]() Filippensen 3:15 Zovelen dan als wij volmaakt zijn, laat ons dit gevoelen; ![]() Kolossensen 1:28 Denwelken wij verkondigen, ![]() ![]() ![]() Kolossensen 2:10 En gij zijt in Hem volmaakt, Die het Hoofd is van alle overheid en macht; Kolossensen 4:12 U groet Epafras ![]() ![]() ![]() ![]() Hebreeën 5:14 Maar der volmaakten is de vaste spijze, die door de gewoonheid de zinnen geoefend hebben, ![]() Hebreeën 9:11 Maar Christus, de Hogepriester van het der toekomende goederen, gekomen zijnde, ![]() ![]() ![]() Jakobus 1:4 Doch de lijdzaamheid hebbe een volmaakt werk, ![]() ![]() Jakobus 1:17,25 Alle goede gave, en alle volmaakte gifte is van boven, van den Vader der lichten afkomende, ![]() ![]() Maar die inziet in de volmaakte wet, die der vrijheid is, en daarbij blijft, deze, ![]() ![]() ![]() Jakobus 3:2 Want wij struikelen allen in vele. ![]() ![]() ![]() 1 Johannes 4:18 Er is in de liefde geen vrees, maar de volmaakte liefde drijft de vrees buiten; ![]() |
|
Artios, G739, 1x = 1. vers (fris). 2. (impliciet) voltooid. | |
2 Timotheüs 3:17 Opdat de mens Gods volmaakt zij, tot alle goed werk volmaaktelijk toegerust. |
|
Teleioo, G5048, 24x 1. voltooid, voltooien 2. (letterlijk) hebben bereikt. 3. (figuurlijk) perfect gemaakt (in karakter). |
|
Lukas 2:43 En de dagen aldaar voleindigd hadden, toen zij wederkeerden, ![]() Lukas 13:32 En Hij zeide tot hen: Gaat heen, en zegt dien vos: Zie, Ik werp duivelen uit, en maak gezond, heden en morgen, en ten derden dage worde Ik voleindigd. Johannes 4:34 Jezus zeide tot hen: ![]() Johannes 5:36 Maar Ik heb een getuigenis meerder, dan die van Johannes; ![]() ![]() Johannes 17:4 Ik heb U verheerlijkt op de aarde; Ik heb voleindigd het werk, dat Gij Mij gegeven hebt om te doen; Johannes 17:23 Ik in hen, en Gij in Mij; opdat zij volmaakt zijn in een, ![]() ![]() Johannes 19:28 Hierna Jezus, wetende, dat nu alles volbracht was, opdat de Schrift zou vervuld worden, zeide: Mij dorst. Handelingen 20:24 ![]() Maar ik acht op geen ding, noch houde mijn leven dierbaar voor mijzelven, ![]() ![]() 2 Korinthiërs 12:9 En Hij heeft tot mij gezegd: Mijn genade is u genoeg; want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht. ![]() Filippensen 3:12 Niet dat ik het alrede gekregen heb, of alrede volmaakt ben; ![]() Hebreeën 2:10 Want het betaamde Hem, om Welken alle dingen zijn, en door Welken alle dingen zijn, ![]() ![]() Hebreeën 5:9 En geheiligd zijnde, is Hij allen, die Hem gehoorzaam zijn, een oorzaak der eeuwige zaligheid geworden; Hebreeën 7:19 ![]() Want de wet heeft geen ding volmaakt, ![]() Hebreeën 7:28 Want de wet stelt tot hogepriesters mensen, die zwakheid hebben; ![]() ![]() ![]() Hebreeën 9:9 Welke was een afbeelding voor dien tegenwoordigen tijd, ![]() ![]() ![]() Hebreeën 10:1 Want de wet, hebbende een schaduw der toekomende goederen, niet het beeld zelf der zaken, ![]() ![]() ![]() |
|
Hebreeën 10:14 Want met een offerande heeft Hij in eeuwigheid volmaakt degenen, die geheiligd worden. |
|
Hebreeën 11:40 Alzo God wat beters over ons voorzien had, opdat zij zonder ons niet zouden volmaakt worden. Hebreeën 12:23 Tot de algemene vergadering en de Gemeente der eerstgeborenen, ![]() ![]() ![]() Jakobus 2:22 Ziet gij wel, dat het geloof mede gewrocht heeft met zijn werken, ![]() 1 Johannes 2:5 Maar zo wie Zijn Woord bewaart, in dien is waarlijk de liefde Gods volmaakt geworden; ![]() 1 Johannes 4:12 Niemand heeft ooit God aanschouwd; indien wij elkander liefhebben, ![]() 1 Johannes 4:17 Hierin is de liefde bij ons volmaakt, opdat wij vrijmoedigheid mogen hebben in den dag des oordeels, ![]() 1 Johannes 4:18 Er is in de liefde geen vrees, maar de volmaakte liefde drijft de vrees buiten; ![]() |
|
Katartizo, G2675, 13x 1. volledig te vormen (volledig ontwikkelen of aanpassen). 2. volledig te repareren. 3. volledig hervormen. |
|
Mattheüs 4:21;
Marcus 1:19 En Hij, van daar voortgegaan zijnde, zag twee andere broeders, namelijk Jakobus ![]() ![]() ![]() Mattheüs 21:16 En zeiden tot Hem: Hoort Gij wel, wat dezen zeggen? En Jezus zeide tot hen: Ja; hebt gij nooit gelezen: ![]() Lukas 6:40 De discipel is niet boven zijn meester; maar een iegelijk volmaakt discipel zal zijn gelijk zijn meester. Romeinen 9:22 En of God, willende Zijn toorn bewijzen, en Zijn macht bekend maken, ![]() 1 Korinthiërs 1:10 Maar Ik bid u, broeders, door den Naam van onzen Heere Jezus Christus, ![]() ![]() 2 Korinthiërs 13:11 Voorts, broeders, zijt blijde, wordt volmaakt, zijt getroost, zijt eensgezind, ![]() Galaten 6:1 Broeders, indien ook een mens vervallen ware door enige misdaad, gij, die geestelijk zijt, ![]() ![]() 1 Thessalonicensen 3:10 Nacht en dag zeer overvloediglijk biddende, om uw aangezicht te mogen zien, en te volmaken, ![]() Hebreeën 10:5 Daarom, komende in de wereld, zegt Hij: ![]() Hebreeën 11:3 Door het geloof verstaan wij, dat de wereld door het woord Gods is toebereid, ![]() Hebreeën 13:21 Die volmake u in alle goed werk, opdat gij Zijn wil moogt doen; werkende in u, ![]() ![]() ![]() 1 Petrus 5:10 De God nu aller genade, Die ons geroepen heeft tot Zijn eeuwige heerlijkheid in Christus Jezus, ![]() ![]() ![]() |
|
Katartisis, G2676, 1x = volledige toerusting (subjectief). | |
2 Korinthiërs 13:9 Want wij verblijden ons, wanneer wij zwak zijn, en gij sterk zijt. ![]() |
|
Katartismos, G2677, 1x = compleet inrichten (objectief)![]() ![]() ![]() |
|
Efeziërs 4:12![]() ![]() |
|
Apartismos, G535, 1x = voltooide ontwikkeling. | |
Lukas 14:28 Want wie van u, willende een toren bouwen, zit niet eerst neder, en overrekent de kosten, of hij ook heeft, hetgeen tot volmaking nodig is? |